Wat doet een scheiding met een kind?

Jaarlijks krijgen in Nederland 86.000 kinderen te horen dat hun ouders uit elkaar gaan, en dit aantal stijgt. Wat betekent een scheiding voor het kind? Uit onderzoek onder kinderen en jongeren van gescheiden ouders blijkt dat 68% zich groot houdt tegenover de ouders, 34% probeert hun ouders te ontzien en 40% vraagt zich soms af of ze de scheiding hadden kunnen voorkomen. Wat de impact van een scheiding op kinderen is, varieert enorm. 

Het ene kind heeft er nauwelijks last van, terwijl het andere kind aanzienlijke problemen ervaart. Boos of opstandig gedrag en sombere of angstige gevoelens komen vooral voor in de eerste twee jaar na de scheiding. Hierna wordt de situatie stabiel. Bij een minderheid blijven langer problemen bestaan.

De fases bij een scheiding
Het proces van een scheiding is globaal in drie fases te verdelen.

  • Crisisstadium
    De fase die voorafgaat aan een scheiding gaat vaak gepaard met spanningen, onzekerheid en frustraties bij alle gezinsleden. Door de eigen emoties en problemen, zijn ouders in deze fase soms minder emotioneel beschikbaar voor het kind.
  • Overgangsstadium
    Wanneer ouders daadwerkelijk zijn gescheiden, verandert er veel. De woonsituatie en het weekritme van het kind verandert. Meer dan de helft van de kinderen verhuist na een scheiding en krijgt te maken met geldzorgen binnen het gezin, waardoor de activiteiten wegvallen of veranderen. Vaak komt er een nieuwe partner. Een deel van de kinderen maakt meerdere scheidingen mee.
  • Hernieuwde stabiliteit
    Er is duidelijkheid gekomen over de woonsituatie en het weekritme, en de verdeling van opvoedtaken. Het kind is langzamerhand aan de nieuwe situatie gewend geraakt en heeft met beide ouders een nieuwe band opgebouwd. Er is duidelijkheid over het ontbreken van een gezamenlijke toekomst met elkaar. Er komt ruimte voor herstel en een gevoel van evenwicht.

KIND

REACTIE

Baby
0-2 jaar
Het kind heeft nog geen taal tot zijn beschikking maar voelt wel de verandering en het gemis van één van de ouders. Dit kan invloed hebben op het hechtingsproces. Spanning wordt geuit door middel van huilen.
Peuter
2-4 jaar
Het kind heeft minder kans om zich te kunnen identificeren met beide ouders. Sommige kinderen ontwikkelen angsten. Er bestaat een risico dat het kind de reden van de scheiding aan zichzelf relateert.
Kleuter
4-6 jaar
Het kind kan de schuld bij zichzelf gaan leggen en angstig worden om de ouder te verliezen. Spanning wordt geuit in boosheid en in vragen stellen. Kinderen kunnen terugvallen in hun ontwikkeling, door bijvoorbeeld weer te gaan bedplassen of duimzuigen.
Jong basisschoolkind
6-9 jaar
Het kind kan zich zorgen maken om de ouder(s) en zich gaan aanpassen. Er bestaat een risico dat het kind zich gaat identificeren met de ouder die het meest slachtoffer is. Van sommige kinderen dalen de schoolprestaties.
Ouder basisschoolkind
9-12 jaar
Het kind kan de scheiding rationeel wel begrijpen, maar emotioneel nog niet verwerken. Er zijn gevoelens van verdriet, onbegrip of zich in de steek gelaten voelen. Het kind zoekt manieren om hiermee om te gaan, en zoekt soms compensatie buiten het gezin.
Jonge puber
12-14 jaar
Het kind raakt emotioneel verward door de scheiding en is sneller geneigd om partij te kiezen. Het kind kan zich gaan afzetten en zoekt steun buiten het gezin. Minder sociale controle op het kind kan leiden tot risicovol gedrag.
Oudere puber
14-17 jaar
De onzekerheid die bij deze leeftijdsfase hoort, wordt versterkt. De jongere heeft gevoelens van schaamte en boosheid en legt de schuld bij de initiërende partij. Jongeren maken zich vaak versneld los van thuis en kunnen het ontzag voor ouders verliezen. Er is een grotere kans op experimenteren met seksualiteit, drank en drugs.

Kinderen ontwikkelen zich beter wanneer hun ouders positief met en over elkaar communiceren en er heldere afspraken zijn. Uit onderzoek blijkt dat het voor kinderen tijdens en na een scheiding erg belangrijk is om steun te krijgen vanuit hun sociale omgeving.

Bronnen

  • 5/5
  • 1 rating
1 ratingX
Klein beetje leuk! Beetje leuk! Leuk! Erg leuk! Heel erg leuk!
0% 0% 0% 0% 100%